Psalms 49


‘Word rustig en weet dat Ik God ben.
Ik ben de Hoogste onder alle volken,
de Grootste op de hele aarde.’

1 De Almachtige Here is met ons,
de God van Jakob beschermt ons.

2

Een psalm van de Korachieten voor de koordirigent.

3
4 Klap in uw handen, alle volken op aarde,
juich voor God met lofliederen.

5 De Here, de Allerhoogste, is beroemd en gevreesd,
Hij is de grote Koning van de hele aarde.

6 Hij laat ons andere volken overwinnen,
wij heersen over andere landen.

7 Hij zoekt voor ons een erfdeel uit,
waar Jakob trots op zal zijn.
God houdt van Jakob.

8 God stijgt ten hemel
onder juichende klanken,
de Here stijgt ten hemel
bij het geluid van schallende trompetten.

9 Zing voor God, zing psalmen voor onze Koning,
laten onze lofliederen voor Hem opklinken.

10 God is immers Koning over de hele aarde!
Zing voor Hem een psalm, een prachtig lied.

11 God regeert vanaf zijn heilige troon
over alle volken op aarde.

12 De leiders van alle volken komen bij elkaar
en sluiten zich aan bij het volk van Abrahams God.
Want alle bescherming die de aarde biedt,
is van God.
Hij is de Allerhoogste.

13

Een psalm van de Korachieten.

14
15 De Here is groot en alle lof komt Hem toe
in de stad van God op zijn heilige berg.

16 De berg Sion is zo mooi doordat zij zo hooggelegen is,
een vreugde voor ieder die haar ziet.
Safon is werkelijk Sion,
waar de stad van onze grote Koning ligt.

17 In de paleizen van Jeruzalem maakt God Zich kenbaar,
Hij beschermt ons.

18 Let maar eens op:
er was een samenzwering van koningen,
met elkaar trokken zij op naar Jeruzalem.

19 Maar zodra zij er kwamen en het zagen,
waren zij verbijsterd.
Van schrik sloegen ze op de vlucht.
20Zij sidderden angstig als een vrouw die een kind baart.
Copyright information for NldHTB